Als na de oorlog de rust in Nederland terugkeert, en het maatschappelijk leven, ook op de Broekstreek weer normale vormen begint aan te nemen, begint ook  de belangstelling voor sport weer te groeien.

Vooral de jeugd, speciaal de jongens, krijgt “zin” in voetballen. Enkelen hebben zich intussen als bij Rolder-Boys aangesloten, en spelen daar.

Op een zondagmiddag ontstaat er in het café van Schuring het idee om geld in te zamelen voor de aanschaf van een leren bal om dan bij Nijlande te gaan voetballen, daar wordt namelijk al tegen een bal getrapt. Dit wordt echter door enige volwassenen (getrouwde, die niet in het café waren) van de hand gewezen, men wil wel geld geven, maar dan voor een voetbalclub in Ekehaar.

Uit “De Rolder Post” van zaterdag 19 juli 947: Op zondagmorgen speelden enige jongen mensen een voetbalwedstrijd te Amen, want sport zit de jeugd nu eenmaal in het bloed. En dat deze tak van sport belangstelling heeft, blijkt duidelijk als er tijdens de wedstrijd zich op en bij het terrein bevonden; een auto met enthousiasten, een motor, ruiters en er tenslotte nog een vliegtuig over het veld scheerde. Wel een beetje overdreven belangstelling voor de spelers, die nog geen vereniging hebben opgericht. Maar neemt nu toch een besluit en zet de schouders er onder! Ik weet wel, het mankeert aan goed bespeelbaar terrein, doch er is toch wel een landeigenaar, die een goed perceel ter beschikking wil stellen? In hun jonge jaren leefden zij ook voor de sport, helpt dus nu de jeugd hun spieren te stalen, gezondheid en geestkracht op te bouwen.

Na dit deskundig advies begint de bal te rollen: op 3 november 947 is er een eerste vergadering in café Schuring onder voorzitterschap van “meester” Boelens, en komt, na een enkel bezwaar van een bezorgde vader over de melktijd, de vereniging tot stand.

Er wordt een voorlopig bestuur gevormd, bestaande uit de heren H. Oostra te Eldersloo, J. Sijbring te Amen, J. Lubbers te Eleveld, M. Boelens te Ekehaar en J. Schuring te Ekehaar. Men is het er over eens dat er zowel voetbal als gymnastiek zal worden bedreven. Er hebben zich dan reeds 49 leden aangemeld.

Om  de voetballers in diverse elftallen te kunnen onderbrengen worden er op zondag enkele oefenwedstrijden gespeeld op een veld achter face schuring. Deze werden uiteraard met een bal met leren veter en op allerlei schoeisel gehouden, omdat voetbalschoenen niet zomaar gekocht konden worden.

Vergadering 20 december 1947

Onder leiding dhr. M. Boelens,. Op deze vergadering word de naam S.V.B. vastgesteld. Hierop hebben volgens de notulen Boer en Co. nogal wat opmerkingen. Later door de KNVB veranderd in SVDB. De kleuren zullen zijn oranje-wit. Het eerste shirt wordt gemaakt door E. Schuring-Luinge in de vorm van een hemdmodel. Enen vlag wordt ontworpen door Ph. Huisman in de vorm van een opkomende oranje zon.

Er wordt een reglement opgemaakt en een bestuursverkiezing gehouden. Het 1e bestuur bestaat uit: M. Boelens, J. Schuring en A. Wold uit Ekehaar, H. Heuving en J. Sijbring uit Amen, H. Speelman en L. Smeenge uit Eleveld en H. Oostra en M. van Veen uit Eldersloo. Besloten wordt op deze vergadering dat geprobeerd zal worden gezamenlijk sportschoenen in te kopen.

De jeugd speelde in die tijd nagenoeg nog op gewone schoenen. Harm Westebring echter had van zijn moeder een paar spiksplinternieuwe lichtbruine voetbalschoenen gekregen. Deze ware op de groei gekocht, en daar “punteren” in die tijd normaal was, duurde het niet lang of de neuzen van de schoenen stonden zodanig omhoog gericht, dat de proppen zichtbaar waren.

Men is het er op de oprichtingsvergadering van 20 december 1947 over eens, dat de gymnastiek al op 1 januari 1948 van start zal gaan. Met het gezamenlijke krachten wil men het sportterrein in orde maken. Voorzitter Boelens deelt mede dat de collecte 1.018,50 gulden heeft opgebracht.

Ook  wordt er een elftalcommissie ingesteld, bestaande uit de leden T. Venema, H. Venema en H. Ratering en de bestuursleden van H. Heuving en M. van Veen. Voorzitter Boelens zegt “dat nu het kind geboren is”. Tijdens de rondvraag stelt de heer Harm Ebbinge de vraag, hoe het wordt met handballen, want hij is van mening dat er alleen over mannensport is gesproken, en dat de dames en bijvoorbeeld handbal vergeten zijn. De dames worden zo achtergesteld, aldus Ebbinge. De voorzitter antwoordt: “als de dames willen handballen moeten ze eerst maar eens lid worden”.